Stilte, bloemen en toespraken: regio herdenkt slachtoffers oorlogsgeweld

In Zoetermeer werd een herdenking gehouden bij het oorlogsmonument in het Wilhelminapark
© Omroep West
REGIO - In heel Nederland, en dus ook in onze regio, zijn zaterdag de slachtoffers van oorlogsgeweld herdacht. Klokslag 20.00 uur was het op veel plekken twee minuten stil.
Op meerdere plekken in Den Haag kwamen mensen bijeen om de slachtoffers van oorlogsgeweld tijdens en na de Tweede Wereldoorlog te herdenken, zoals op de Waalsdorpervlakte en tijdens de Nationale Kinderherdenking bij Madurodam. Ook in de Grote Kerk was een herdenkingsbijeenkomst die werd geopend door burgemeester Jan van Zanen. 'Ik ben hier samen met Bram Poons, geboren en getogen Hagenees, actieve en betrokken bewoner van Laak én voetbalman in hart en nieren. Dat Bram hier vandaag bij ons is, vind ik heel bijzonder', begint Van Zanen.
'Want als het aan de nazi’s gelegen had, was Bram geen lang leven beschoren geweest. Hij werd geboren op 12 maart 1942, als een van de 17.000 Joden die Den Haag toen nog telde. Zo'n 12.000 van hen werden vermoord in de maanden en jaren die daarop volgden, onder wie Brams vader en moeder en bijna zijn gehele familie', vertelt de Haagse burgemeester. 'Kleine Bram overleefde, dankzij de inzet van mensen uit het verzet, onder de schuilnaam Bertie, bij een jong gereformeerd echtpaar.'
'Dit land, deze stad wil een vrij en veilig huis zijn voor velen. Onze democratische rechtstaat biedt ons alle mogelijkheden voor debat om het hartgrondig oneens te zijn met elkaar. Maar dat alles wél op basis van respect voor de menselijke waardigheid van elk individu', zegt Van Zanen.
'Voor haat en onverdraagzaamheid is er geen plaats. Niet in Nederland, niet in Den Haag. In die geest wens ik u en alle inwoners van onze stad van vrede en recht een waardige én verbindende herdenking', eindigt Van Zanen zijn toespraak. Na de herdenking werd er een krans gelegd op het Carnegieplein en was het twee minuten stil.

Kranslegging bij eregraf in Zoetermeer

De Dodenherdenking in Zoetermeer begon met een stille tocht vanaf de Nicolaaskerk in de Dorpsstraat naar het oorlogsmonument in het Wilhelminapark. Daar vonden de twee minuten stilte plaats en werden er kransen en bloemen gelegd. 'Bij de Oude Kerk legden we zojuist een krans bij het eregraf van de Amerikaanse piloot John McCormick en de verzetsmannen Jacob Leendert van Rij, Jan Hoorn en Cornelis van Eerden', vertelt burgemeester Michel Bezuijen in zijn toespraak.
'Zij maakten een keuze, net als heel veel anderen, hier en waar dan ook. Wat zou ik hebben gedaan als ik in hun schoenen had gestaan? Het is de vraag die we ons moeten blijven stellen', gaat hij verder.
'Het valt niet mee om 'm te beantwoorden, want onze situatie is niet met die van toen te vergelijken. Maar probeer het, ga met je gedachten terug in de tijd. Wat zou ík doen? Verplaats je in de omstandigheden van de Tweede Wereldoorlog en stel die vraag. De lastige afweging die dan kan volgen, doet ons des te meer beseffen hoe vrij en hoe bevoorrecht wij in onze tijd zijn', stelt de Zoetermeerse burgemeester.
'We herdenken daarom de slachtoffers met de grootste eerbied en realiseren ons wat we niet, wat we nooit mogen vergeten: onze vrijheid is heel kostbaar, we moeten 'm koesteren als een schat', eindigt Bezuijen zijn toespraak.

Herdenking in Leidse Pieterskerk

In Leiden begon de Dodenherdenking om 18.30 uur in de Pieterskerk. Daar hield burgemeester Peter van der Velden een speech. 'Door de verhalen over oorlog en vervolging te delen zijn we in staat om te herdenken. En wat zou het toch mooi zijn als we als de mensheid, door te herdenken, konden leren van onze geschiedenis. Om lessen te trekken voor de toekomst', begint de Leidse burgemeester.
'Maar cynisch gezegd, toont onze hele geschiedenis aan dat de mensheid nooit iets leert van de geschiedenis. Om de zoveel tijd breekt er weer ergens een nieuwe oorlog uit die nooit had mogen uitbreken', gaat hij verder. 'Dan breekt er weer een oorlog uit waarvan we na afloop zeggen: dit nooit meer. Het is pijnlijk maar waar. Na de Tweede Wereldoorlog, toen we allemaal zeiden dit nooit meer, zijn we over de hele wereld oorlogen blijven voeren.'
'En ook vandaag staan de kranten er vol van. De oorlog in Oekraïne woedt al ruim twee jaar lang op ons eigen continent. Maar ook zien we sinds 7 oktober 2023 weer verschrikkelijke beelden uit Israël en Gaza', stelt Van der Velden. 'Je kunt dan ook terecht de vraag stellen: heeft het wel zin om oorlogen en vervolgingen te herdenken? Heeft het zin die verhalen te vertellen? De mensheid leert er toch niets van!', zegt hij vragend.
'Ja, is mijn antwoord. Het is belangrijk om te herdenken en de verhalen over oorlogen en vervolgingen te vertellen. We moeten de geschiedenis levend houden, omdat we er als mensheid misschien niet van leren, maar als persoon wél. Als persoon kun je er wijzer van worden', benadrukt hij. Na de bijeenkomst in de Pieterskerk liepen tientallen mensen mee in een stille tocht naar het Vrijheidsmonument aan de Lammermarkt.
Daar werd een korte plechtigheid gehouden die werd gevolgd door de twee minuten stilte.

Twee minuten stilte bij verzetsmonument in Delft

In Delft wordt er bij het verzetsmonument aan de Nieuwe Plantage stilgestaan bij alle slachtoffers die door oorlogsgeweld om het leven zijn gekomen. Na een voordracht door leerling Janne van de Bernadette Mariaschool werden de twee minuten stilte gehouden. Daarna klonk het Wilhelmus en hield burgemeester Marja van Bijsterveldt een toespraak. 'Het herdenken van de slachtoffers van de Sjoa (de Holocaust, red.) en het eren van allen die vielen voor onze vrijheid, vormt als altijd de kern van deze vierde mei. En we delen verhalen om de herinnering aan hen levend te houden', vertelt zij.
'Maar de Oostenrijkse bondspresident Van der Bellen zei daarover bij de opening van het Amsterdamse Holocaustmuseum: "Dat nooit meer'" zeggen is niet meer genoeg. Je moet ernaar leven. En dat ben ik met hem eens', zegt ze stellig. 'We moeten ervoor waken dat de waarden van onze Unie, door agressief leiderschap van buitenaf, worden bedreigd of van binnenuit uitgehold. Als het nodig is zullen we deze waarden actief moeten verdedigen. Er letterlijk voor gaan stáán.'

'In het mooie Delft mag discriminatie nóóit normaal worden'

'En dat "ernaar leven" betekent tegelijkertijd: blijven inzetten op de kracht van verbinding. Hier in ons mooie Delft wil ik er samen met u aan werken dat antisemitisme en welke vorm dan ook van discriminatie hier niet, nóóit, normaal gaat worden', benadrukt de burgemeester van Delft.
'Laten we niet in de val trappen van het groepsdenken en ons laten verleiden tot polarisatie. Ook als onze waarden en overtuigingen botsen, moeten we met elkaar in gesprek blijven. Op het werk. Tijdens een gemeenschappelijke maaltijd. Bij de sportvereniging. Of op de school van Janne, waar ik onlangs met leerlingen sprak over deze oorlog', somt Van Bijsterveldt op. 'Omdat het zoeken naar verbinding de énige weg is naar vrede, vrijheid en democratie.'

Verhaal van Rubert Windmuller in Alphen

In Alphen aan den Rijn begon de Dodenherdenking met een stille tocht vanaf het Joods monument naar het Burgemeester Visserpark. Daar werden de twee minuten stilte gehouden gevolgd door een speech van burgemeester Liesbeth Spies. 'We zeggen het zo makkelijk: dat verhalen belangrijk zijn om de herinnering aan de oorlog levend te houden. Maar talloze mensen die de oorlog meemaakten, deden er later vooral het zwijgen toe. Zo ook de Joodse Rubert Windmuller. De verschrikkingen, de verwoesting van miljoenen mensenlevens, de pijn en de schaamte, zijn vaak niet in woorden te vatten', stelt zij.
'Op 22 januari 1943 werkte Rubert mee aan de ontruiming van een Joods psychiatrisch centrum in Apeldoorn, waar ruim duizend patiënten en medewerkers rechtstreeks op transport naar vernietigingskamp Auschwitz werden gezet. Wat Rubert die nacht heeft gezien, nam hij mee zijn graf in. "Ik zwijg hierover", noteerde hij in zijn dagboek', vertelt de burgemeester.
'Vandaag spreken wij graag over helden en verzetsstrijders aan de ene kant en lafaards en verraders aan de andere kant. En ja, laten we vooral de daden blijven prijzen van de vele duizenden Nederlanders die met gevaar voor eigen leven meewerkten in het verzet', zegt ze even later in haar speech. 'Maar laten we ook niet vergeten dat het mensen waren die heldendaden verrichten en mensen die meewerkten of wegkeken. Het waren mensen als u en ik, maar die elke dag moesten laveren tussen de veiligheid van zichzelf, van hun gezin en die van anderen, van vreemden.'
'Hoe graag we ook anders zouden zien, de scheidslijn tussen goed en kwaad loopt niet strikt tussen mensen door, maar dwars door een ieder van ons', benadrukt Spies. 'Rubert zweeg over de ergste taferelen, maar zijn aantekeningen spreken nog tot ons. Geen dapper verzetsverhaal. Wel een schrijven om stil van te worden. Het is aan ons om elk jaar naar die stilte te luisteren. Want als wij zwijgen, spreekt de stilte luider dan onze woorden ooit kunnen klinken', eindigt de burgemeester haar toespraak.